The Flow of Moments

€ 333,00
Canvas with frame 63,5 x 84 cm 
acrylic on canvas with wooden frame 
2024

The Maya had a complex calendar system that was based on several overlapping cycles.An important part of the Mayan calendar was the "Tzolk'in," also known as the sacred or divine calendar. The Tzolk'in consisted of 260 days and consisted of 20 periods of 13 days, known as "trecenas." Each day within the Tzolk'in was designated by a combination of a number from 1 to 13 and one of the 20 names of day signs. After 260 days, the cycle of the Tzolk'in would repeat itself.

In addition to the Tzolk'in, the Maya also had a calendar called the "Haab'," which was more like the calendars we use today. The Haab' consisted of 18 "months" of 20 days each, plus a period of five "extra days" at the end of the year, resulting in a total of 365 days.

In addition to these calendars, the Maya had other more complex calendar systems, such as the "Long Count" which was used to calculate longer periods of time. This Long Count consisted of a system of counting days, months and years, which could lead to very large numbers.

In short, the Maya indeed had a different way of measuring time than the modern 24-hour format, with their own unique calendar systems that were based on cycles and combinations of days and months.

Indeed, throughout history there have been clocks and timekeeping systems that deviated from the modern 24-hour division of a day.
Fewer hours: Some ancient civilizations, such as the ancient Egyptians, divided the day into fewer than 24 hours. For example, they used a two-part division of the day into two 12-hour periods, although these hours did not equal modern hours in duration.
More hours: On the other hand, there have been time measurement systems that had more hours in a day than modern 24 hours. Babylonian time measurement is a well-known example of this, where a day consisted of 24 hours, but each hour consisted of 60 minutes and each minute of 60 seconds, resulting in a total of 1440 minutes in a day.
Throughout history, different cultures have had different approaches to measuring and dividing time. Although the concept of 24 hours as a standard day became widespread and was used worldwide, the way it was measured varied. This division of the day was not an invention of one person or culture, but developed gradually over time, with contributions from different cultures and scientists. Available, €333,-

(Dutch)

Een belangrijk onderdeel van de Maya-kalender was de "Tzolk'in", ook wel bekend als de heilige of goddelijke kalender. De Tzolk'in bestond uit 260 dagen en bestond uit 20 perioden van 13 dagen, bekend als "trecenas". Elke dag binnen de Tzolk'in werd aangeduid met een combinatie van een nummer van 1 tot 13 en een van de 20 namen van dagtekens. Na 260 dagen zou de cyclus van de Tzolk'in zich herhalen.

Naast de Tzolk'in hadden de Maya's ook een kalender genaamd de "Haab'", die meer leek op de kalenders die we vandaag gebruiken. De Haab' bestond uit 18 "maanden" van 20 dagen elk, plus een periode van vijf "extra dagen" aan het einde van het jaar, wat resulteerde in een totaal van 365 dagen.

Naast deze kalenders hadden de Maya's ook nog andere, meer complexe kalendersystemen, zoals de "Lange Telling" die werd gebruikt voor het berekenen van langere perioden van tijd. Deze Lange Telling bestond uit een systeem van tellende dagen, maanden en jaren, dat tot zeer grote getallen kon leiden.

Kortom, de Maya's hadden inderdaad een andere manier om de tijd te meten dan de moderne 24-uursindeling, met hun eigen unieke kalendersystemen die gebaseerd waren op cycli en combinaties van dagen en maanden.

In de geschiedenis zijn er inderdaad klokken en tijdmetingssystemen geweest die afweken van de moderne 24-uursindeling van een dag.Minder uren: Sommige oude beschavingen, zoals de oude Egyptenaren, verdeelden de dag in minder dan 24 uur. Zij hanteerden bijvoorbeeld een tweedelige indeling van de dag in twee periodes van twaalf uur, hoewel deze uren niet gelijk waren aan moderne uren in duur.Meer uren: Anderzijds zijn er ook tijdmetingssystemen geweest die meer uren in een dag hadden dan de moderne 24 uur. De Babylonische tijdmeting is hiervan een bekend voorbeeld, waarbij een dag bestond uit 24 uur, maar elk uur uit 60 minuten en elke minuut uit 60 seconden, resulterend in een totaal van 1440 minuten in een dag.In de loop van de geschiedenis hebben verschillende culturen verschillende benaderingen gehad voor het meten en verdelen van de tijd. Hoewel het concept van 24 uur als standaarddag wijdverspreid is geworden en wereldwijd wordt gebruikt, varieerde de manier waarop het werd gemeten. Deze indeling van de dag was geen uitvinding van één persoon of cultuur, maar ontwikkelde zich geleidelijk over tijd, met bijdragen van verschillende culturen en wetenschappers.